Onze Safety Assessor, Ruben Timmerman, verdiept zich elke maand in een allergeen. Door consumenten en bedrijven te informeren over gevaarlijke conserveermiddelen, hoopt SkinConsult bij te dragen aan het behoud van de gezondheid en veiligheid van consumenten.

Deze maand: kleurstoffen

Kleurstoffen zijn additieven die veel gebruikt worden in de cosmetica. Hoewel veel van deze stoffen geen gevaar voor de gezondheid vormen, zijn er een aantal waarbij de consument zal moeten oppassen. De meest beruchte van deze kwalijke kleurstoffen is de zwarte kleurstof paraphenylenediamine; beter bekend als PPD. Dit is een stof die voornamelijk voorkomt in haarverf en kleuringsshampoo, maar de stof komt ook voor in meer cosmetische producten zoals artificiële henna. Naast PPD bestaan er nog een aantal kleurstoffen die er bekend om staan allergische reacties te veroorzaken, zoals: toluidine red, calcium zouten van lithol red en lood oxide. Ten slotte is er een groep kleurstoffen die foto-toxische of fotoallergische reacties kunnen veroorzaken onder invloed van UV-straling: eosin, rose bengal, methylene blue en anthraquinone (Zukiewicz-Sobczak et al., 2013). Kleurstoffen worden overigens ook wel aangeduid middels CI codes, zoals CI 45380 (Eosin-Y)

Het mechanisme achter allergische reacties op kleurstoffen

PPD behoort tot de groep van para-amino stoffen, ook wel de aromatische amines genoemd. Deze stof kan een cross allergy veroorzaken met andere haarverven, rubber en textiel, bij mensen die zeer allergisch zijn voor PPD. PPD is erg effectief voor het kleuren van haar door zijn lage moleculaire gewicht en hoge affiniteit voor het binden van eiwitten. Hierdoor bezit de stof de capaciteit om eenvoudig de haarschaft te penetreren. Zoals eerder vermeld is een groot gevaar van PPD de cross allergie die het veroorzaakt met andere para amino stoffen, zoals: para-amino benzoic acid (PABA), sulphonamides, para amino salicyclic acid, ester anesthetica, thiazides, sesquiterpene-lactone mix en azo kleurstoffen. PPD is een zeer potent allergeen, zelfs in lage concentraties. Daarom is PDD de meest voorkomende veroorzaker van haarverfdermatitis. PDD is dan ook de hoofdverdachte bij patch testing bij dit ziektebeeld (Gupta et al., 2015).

Dan zijn er nog andere kleurstoffen die bekend staan om hun vermogen om allergische reacties te veroorzaken, zoals Eosin. Eosin is een kleurstof die de granulen van Eosinofielen kan kleuren. Witte bloedcellen zijn vernoemd naar deze kleurstof. Deze cellen worden vooral ingezet tegen de bestrijding tegen Multicellulaire parasieten, maar worden ook sterk in verband gebracht met ziektebeelden als: atopische dermatitis, astma en gastronomische ziektes (Kita, 2013).

Methylene blue wordt veel gebruikt als een tracer stof bij het in kaart brengen van lymfeklieren. Ook wordt de stof ingezet bij het opsporen van ziektebeelden, zoals van de vaten bij kleine chirurgische ingrepen. Eosin, Methylene blue, rose bengal en anthraquinone zijn in cosmetica vooral problematisch onder invloed van de zon. UV-licht verandert de structuur van de kleurstoffen waardoor deze binden aan eiwitten in de huid. Dit kan een allergische reactie veroorzaken in de vorm van contactdermatitis. Deze stoffen worden dan ook wel fotoallergenen genoemd. Eosin is door deze adverse werking inmiddels dan ook verboden voor gebruik in de Verenigde Staten en Europa. (Zukiewicz-Sobczak et al., 2013)

Prevalentie van allergische reacties door kleurstoffen

PPD-allergie komt naar metingen ongeveer bij 3,4-9,1% van de mensen voor. De zwarte kleurstof komt voornamelijk voor bij professionals die veel met PPD in aanmerking komen. Denk hierbij aan kappers en schoonheidsspecialisten. Sommige studies menen dat de helft van de kappers gesensibiliseerd is voor PPD. Een grote bron van PPD-allergie is artificiële henna. Dit komt voornamelijk voor bij jonge mensen, aangezien tijdelijke tattoos populair zijn onder deze doelgroep. Echter, er is ook goed nieuws, aangezien er sprake is van een afname in door PPD geïnduceerde reacties. Dit is het gevolg van een toegenomen zuiverheid van de gebruikte cosmetische producten. En dit is belangrijk, aangezien PDD in het verleden werd toegepast bij het kleuren van de oogleden. Dit leidde in sommige gevallen tot zulke heftige reacties dat het schade aanbracht aan de ogen zelf (Zukiewicz-Sobczak et al., 2013).

Veel andere kleurstoffen staan ook bekend om hun eigenschap allergische reacties te veroorzaken. De exacte prevalentie is daarbij niet altijd duidelijk, maar voor een aantal wel.

Take-home message

Het belangrijkste bij kleurstoffen is om zoveel mogelijk huidcontact met PPD en zijn cross allergenen te vermijden. Dit kan door producten te kopen die vrij van PPD zijn en andere, minder allergene, kleurstoffen bevatten. Daarnaast kunnen professionals contact met PPD verminderen door goed beschermende kleding te dragen en handschoenen te gebruiken. Bij eosin, rose bengal, methylene blue en anthraquinone is het belangrijk om contact met de zon en UV-licht te vermijden. Tenslotte moet er voorzichtig omgegaan worden met de applicatie van de kleurstoffen karmijn, tartazine, annatto, toluidine, calcium zouten van lithol red en anthraquinone. Houdt hierbij rekening met de notatie van de CI-codes waarmee deze stoffen kunnen worden aangeduid.

Nota Bene: de kleurstoffen CI 12140, CI 26105, CI 42640, CI 13065, CI 13065, CI 61554, CI 12075, CI 45170, CI 45170 en CI 15585 zijn aangemerkt als verboden, en dienen dus compleet vermeden te worden. 

Referenties

Andreozzi, L., Giannetti, A., Cipriani, F., Caffarelli, C., Mastrorilli, C., & Ricci, G. (2019). Hypersensitivity reactions to food and drug additives: problem or myth?. Acta bio-medica : Atenei Parmensis, 90(3-S), 80–90. https://doi.org/10.23750/abm.v90i3-S.8168

FDA: Bhakti Petigara Harp (2020). Office of Cosmetics and Colors Center for Food Safety and Applied Nutrition, Food and Drug Administration.

Gupta, M., Mahajan, V. K., Mehta, K. S., & Chauhan, P. S. (2015). Hair dye dermatitis and p-phenylenediamine contact sensitivity: A preliminary report. Indian dermatology online journal, 6(4), 241–246. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/26225326/

Kita H. (2013). Eosinophils: multifunctional and distinctive properties. International archives of allergy and immunology, 161 Suppl 2(0 2), 3–9. https://doi.org/10.1159/000350662

Zukiewicz-Sobczak, W. A., Adamczuk, P., Wróblewska, P., Zwoliński, J., Chmielewska-Badora, J., Krasowska, E., Galińska, E. M., Cholewa, G., Piątek, J., & Koźlik, J. (2013). Allergy to selected cosmetic ingredients. Postepy dermatologii i alergologii, 30(5), 307–310. https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/24353491/