Eliminatie
Wanneer een bepaald voedselbestanddeel verdacht wordt van het veroorzaken van de klachten, dan moet deze stof uit de voeding worden weggelaten (eliminatie). Soms biedt dat voldoende duidelijkheid. Wanneer dit niet het geval is, kan worden gekozen voor eliminatie gedurende 4 tot 6 weken. Verandert er niets in deze periode, dan hebben de klachten niet te maken met dit voedselbestanddeel en kan het weer gegeten worden. Is er wel verbetering merkbaar dan zal het verdachte voedselbestanddeel opnieuw toegevoegd worden aan de voeding om met zekerheid vast te stellen of dit de klachten veroorzaakt.
Dit kan op verschillende manieren worden gedaan en vindt altijd plaats in overleg met behandelend arts en diëtist:
- Reïntroductie in de thuissituatie. U ontvangt van de diëtist een (opklim)schema. Een kleine hoeveelheid van het verdachte voedingsmiddel wordt toegevoegd aan de voeding; bij geen klachten kan deze stof verder worden opgehoogd.
- Provocatie onder medisch toezicht (in het ziekenhuis). Dit gebeurt wanneer ernstige reacties kunnen ontstaan of wanneer er onduidelijkheid over de klachten in relatie tot een allergie blijft bestaan.
Provocatie kan op 2 manieren plaatsvinden:
- Open provocatie: een voedingsmiddel wordt in zijn natuurlijke vorm gegeven en over de dag stapsgewijs opgehoogd. Er wordt geobserveerd welke klachten ontstaan en op welke hoeveelheid van het voedingsmiddel wordt gereageerd.
- Dubbel blindplacebo gecontroleerd provocatie onderzoek: het voedselallergeen wordt verstopt in een ander voedingsmiddel, ook wordt er een voedingsmiddel gegeven waar het allergeen niet in zit (placebo). Zowel de patiënt als de arts zijn niet op de hoogte waar het voedselallergeen in zit verwerkt. De klachten worden geobserveerd en op basis hiervan kan de arts achteraf bepalen of de klachten werkelijk veroorzaakt worden door het verdachte voedselallergeen.
Reïntroductie/provocatie wordt gedaan om te beoordelen of de klachten inderdaad terugkeren. Ook krijgt men op deze manier inzicht in de hoeveelheid voeding waarop de klachten terugkeren. Wanneer de klachten na reïntroductie/provocatie weer terugkomen, kan men aannemen dat dit voedselbestanddeel verantwoordelijk is voor de klachten.
Medicatie
Het is niet eenvoudig om een allergeen volledig te elimineren. Er kan zich een situatie voordoen dat u per ongeluk toch een kleine hoeveelheid van het allergeen heeft binnengekregen, waar u klachten van ondervindt.
Er zijn dan verschillende medicijnen om de klachten te verminderen:
- Antihistaminica: beperken of voorkomen klachten doordat ze het vrijkomen van histamine beïnvloeden. Ze remmen de allergische reactie bij acute klachten.
- Corticosteroïden: onderdrukken zowel de acute als de late reacties.
- Epi–pen: ter behandeling van ernstige reacties (anafylactische shock, astma aanval).